(foto: Design & Zo Fotografie en Vormgeving).
Wat zijn trends in koeltechniek? Wat kunnen we verwachten met betrekking tot koudemiddelen? Met welke uitdagingen kampt de koelbranche? Bernadet Koops, afgestudeerd koelmonteur en vertegenwoordiger bij familiebedrijf Koops Koeltechnisch Buro Midden Nederland beantwoordt deze vragen.
Je ziet veel visspecialisten in je werk. Met welke vragen komen zij momenteel het meest bij jullie?
“De meeste visspecialisten – maar dat geldt ook voor slagers, bakkers en andere zelfstandigen met koel- en verwerkingsruimtes – vragen vooral wat er gaat gebeuren met betrekking tot koudemiddelen. De overheid stuurt namelijk aan op het gebruik van natuurlijke koudemiddelen; die belasten het milieu minder dan synthetische koudemiddelen. Daarom is gestart met het uitfaseren van synthetische koudemiddelen. Gelukkig bestaan er ook synthetische koudemiddelen met een heel lage GWP-waarde, de Global Warming Potential. Voor veel kleine zelfstandigen is het gebruik van natuurlijke koudemiddelen namelijk nog veel te kostbaar in aanschaf.”
Welke koudemiddelen zijn voor visspecialisten het meest geschikt?
“Wij werken momenteel nog veel met het synthetisch koudemiddel freon. Dat wordt al heel lang toegepast in onze branche en is nog steeds populair. Freon is een verzamelnaam voor een groep van F-gassen: (H)CFK’s en HFK’s. Vroeger werd freon ook gebruikt in de koelkast thuis; door de uitfasering is dat niet meer toegestaan. Het middel is bij lekkage schadelijk voor het milieu, want het tast de ozonlaag aan. Maar de kans op lekkage is klein als het middel wordt toegepast in een degelijk gemonteerd systeem en de verplichte, preventieve onderhoudsbeurten worden uitgevoerd. Wij gebruiken altijd een freon met een lage GWP. Die geeft aan hoe schadelijk het middel is bij lekkage, mocht dat onverhoopt gebeuren. Bovendien is freon wat betreft rendement en energieverbruik een heel geschikt koudemiddel.”
Bernadet Koops
Zo’n vijftig jaar geleden werd Koeltechnisch Buro Midden Nederland opgericht door Gijsbert Koops, de grootvader van Bernadet. Inmiddels biedt het bedrijf een breed scala aan professionele diensten en producten voor bedrijfskoeling en airconditioning. Koeltechnisch Buro Midden Nederland is nog altijd in handen van de familie. Bernadet Koops leek in eerste instantie te gaan voor een carrière in de kinderopvang, maar koos uiteindelijk toch voor het familiebedrijf. Bij het Koning Willem I College in Den Bosch volgde ze de opleiding tot koelmonteur. Ze is nu verantwoordelijk voor de verkoop en installatie bij klanten.
Welke andere opties voor koudemiddelen zijn er?
“Een duurzame optie is CO2. Het nadeel daarvan is dat het erg kostbaar is in energieverbruik. Ook de benodigde componenten zijn duurder dan bij een freoninstallatie. Zo moeten er dikke leidingen aangelegd worden. Een ander nadeel van CO2 is dat je te maken hebt met specifieke veiligheidseisen binnen: per afgesloten ruimte moet een alarmering aanwezig zijn. Als CO2 lekt, dan verdrijft het de zuurstof in een ruimte – dat overleef je niet. Bij koelingen in supermarkten wordt meestal CO2 gebruikt, daar is vaak genoeg budget. De grotere capaciteit koelingen komen bovendien in aanmerking voor subsidie.”
“Een ander koudemiddel is propaan. Ook daar komen bijzondere veiligheidseisen bij kijken, want het is brandbaar. De koelinstallatie moet dan buiten geplaatst worden. Propaan wordt daarom vooral in buitengebieden gebruikt. Voor installaties die meer dan 100 kilogram propaan bevatten, ben je verplicht een vergunning aan te vragen. Propaan wordt altijd gebruikt in combinatie met een koudedrager, bijvoorbeeld glycol: een suikerwater of bietensap dat rondgepompt wordt. Dat zie je nog vrij veel bij koelingen, maar bij vriezen heeft glycol een slecht rendement. Dat is een nadeel. Als we worden gevraagd mee te denken bij bijvoorbeeld een verbouwing, nemen we al deze opties mee en bespreken we de kosten. Zo komen we tot de juiste afweging.”
Hoe gaat het proces van zo’n verbouwing of nieuwbouw in z’n werk?
“Dat is erg afhankelijk van de vraag. Soms heeft een ondernemer zelf al een duidelijk beeld van wat hij of zij wil. En soms beginnen we bij nul. Dan ga ik naar de winkel toe en denken we samen na over wat een handige indeling is, hoeveel en welke koelingen nodig zijn en wat bouwkundig haalbaar is. We kijken dus naar de winkel, maar we hebben ook veel ervaring met de inrichting van verwerkingsruimten.”
Het artikel gaat verder onder de afbeelding
Welke trends zie je?
“De opvallendste ontwikkeling is dat we steeds meer zelfbediening zien. Klanten willen gemak. Dat zie je in het assortiment, zo liggen er meer maaltijden en broodjes in de toonbank. Maar ze willen ook niet te lang wachten en graag zelf bepalen wat ze meenemen. Viswinkels waren al onderweg naar meer zelfbediening; corona en het personeelstekort hebben die ontwikkeling versterkt. Alleen als klanten echt een specifiek product willen, vragen ze erom bij het personeel.”
Welke impact heeft zelfbediening op de koeltechniek?
“Als klanten zelf de producten pakken, dan moeten die natuurlijk makkelijk voor het grijpen liggen. We verkopen tegenwoordig dus veel lage toonbanken die open zijn. Viswinkels dekken hun wandkoelingen liever niet af, omdat ze bang zijn dat deuren misschien een drempel zijn om een product te pakken. Maar daarmee kan het energieverbruik flink oplopen. Bij wandkoelingen raden we altijd aan om deuren te plaatsen. Bij éénlaagstoonbanken gaat de kou minder snel verloren en is het dus niet noodzakelijk om af te dekken. Al komt het plaatsen van dagafdekking het energieverbruik altijd ten goede; het scheelt ongeveer 30 procent. Bovendien: klanten zijn al jaren gewend om bij de supermarkt ook eerst een deur te openen van de koeling of vriezer.”
Behalve het plaatsen van afdekking; welke tips heb je nog meer voor visspecialisten die hun energieverbruik omlaag willen brengen?
“We zien nog veel één-op-één units. Daarmee bedoel ik dat bijvoorbeeld de toonbank, wandkoeling en koelcel elk een eigen compressor en eigen koelinstallatie hebben, die los van elkaar steeds aan- en uitslaan. Wij adviseren daarom om alle koelingen te koppelen op één centrale koelinstallatie. Dat scheelt een berg aan energie. Ook de toepassing van elektronische expansieventielen zorgen voor energiebesparing.”
Is er ook veel interesse in occasions?
“Ja, er is vooral veel vraag naar wandkoelingen, vriezers, koeltoonbanken en koel- en vrieseilanden. Omdat er geen nieuw apparaat gebouwd hoeft te worden, is een occasion in aanschaf dus ook een duurzame keuze. Wij hebben een ruim aanbod aan occasions. Die worden altijd koel- en elektrotechnisch nagekeken. Wij geven hier ook een jaar garantie op.”
Welke invloed heeft de oorlog in Oekraïne op jullie branche? En welke uitdagingen zie je?
“Zoals in elke sector merken wij de gevolgen van de oorlog en de nasleep van corona. Gelukkig gelden die leveringsproblemen vooralsnog niet voor ons: wij werken, onder andere voor onze eigen koeltoonbankenlijn Gisel, met standaard modulematen. Die zijn koppelbaar tot de gewenste lengte. We leveren dus geen maatwerk en kunnen daarom putten uit onze ruime voorraad.”
“Om te kunnen koelen zijn vier hoofdcomponenten nodig: de compressor, het expansieventiel, de verdamper en de condensor. Als op één van die onderdelen wel een leveringsvertraging zit, dan kan er geen koeling gebouwd worden. Wij hebben een groot assortiment eigen verdampers. Voor nu hebben we ook daarvoor dus geen leveringsproblemen en kunnen we indien nodig uitwijken naar alternatieven. Maar op lange termijn kan dat wel een probleem worden.”
Dit is een artikel uit Vismagazine 5-2022. Wil je meer van dit soort artikelen lezen? Neem dan een abonnement op Vismagazine en ontvang negen keer per jaar Vismagazine.
|