VISSERIJ | Het gaat goed met de meeste doelsoorten voor de Nederlandse vissers. Dat blijkt uit de vangstadviezen van ICES voor 2025. Vooral de vooruitzichten voor de tong zijn goed. De herziene berekeningsmethode zorgt voor een forse toename van het vangstadvies.
Jaarlijks stelt de Europese Raad van Visserijministers in december de nieuwe vangstquota vast voor het volgende jaar. De adviezen van de Internationale Raad voor Onderzoek der Zee (ICES) spelen hierbij een belangrijke rol. Op 28 juni presenteerden onderzoekers van Wageningen Marine Research de visserij-adviezen van ICES voor zestien soorten in 2025 aan het ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit, de visserijsector en maatschappelijke organisaties. “De belangrijkste visbestanden voor de Nederlandse visserij in de Noordzee staan er goed voor”, aldus ICES.
Haring
Het haringbestand is met ruim 1,4 miljoen ton volwassen haring in de Noordzee, het Kattegat, het Skagerrak en het oostelijk deel van het Kanaal gezond. Vanwege de lagere aanwas van jonge haring in 2022 en 2023 valt de maximale duurzame oogst (MSY) lager uit dan in 2024. Om precies te zijn 412.383 ton, waarvan 400.909 ton bestemd is voor menselijke consumptie en 11.474 ton voor industriële visserij.
Tong
In 2024 gaf ICES een historisch laag vangstadvies voor tong, vanwege onzekerheid over de grootte van het tongbestand door problemen met het berekeningsmodel. Het model is nu herzien. Uit de nieuwe schatting blijkt dat het volwassen tongbestand in de Noordzee tussen 2018 en 2021 toenam door sterke aanwas in 2018, gevolgd door gedeeltelijke afname. Sinds 2020 blijft het bestand boven het veilige voorzorgsniveau. ICES adviseert een totale vangst van maximaal 10.196 ton, bijna een verdrievoudiging ten opzichte van 2024.
Schol
Het scholbestand is met iets minder dan 900 duizend ton in de Noordzee en Skagerrak gezond en ICES verwacht de komende jaren verdere groeit. Het vangstadvies van ICES voor 2025 is maximaal 176.593 ton schol voor de Noordzee en het Skagerrak, een toename van 14 procent.
Bijvangst
Naast de adviezen voor haring, tong en schol bracht ICES ook advies uit voor tarbot, griet, kabeljauw, wijting en zeebaars. Belangrijke bijvangstsoorten voor de Nederlandse platvisvissers. In oktober volgt het advies voor Noorse kreeftjes (langoustines).
Tarbot
In 2023 is de paaibiomassa van volwassen tarbot iets lager, maar de totale omvang van het bestand wordt iets hoger geschat vanwege een hogere aanwas van jonge vis in 2022 en 2023. ICES verwacht daarom toekomstige groei van het paaibestand. Het advies van ICES is een maximale totale vangst van 2.426 ton tarbot in de Noordzee op basis van de MSY-benadering.
Griet
De visserijdruk op griet in de Noordzee ligt sinds 2001 onder het MSY-streefniveau, terwijl het paaibestand gezond blijft. Voor 2025 adviseert ICES een maximale vangst van 2.970 ton griet voor de Noordzee, het Kattegat, het Skagerrak en het Kanaal.
Kabeljauw
Recente biologische studies hebben aangetoond dat het kabeljauwbestand in de Noordzee en ten westen van Schotland is onderverdeeld in drie deelbestanden: het zuidelijke (zuidelijke Noordzee), noordwestelijke (noordwestelijke Noordzee en ten westen van Schotland) en Viking (noordoostelijke Noordzee) bestand. Deze drie deelbestanden worden nu samen beoordeeld als het Northern Shelf kabeljauwbestand in één bestandsschattingmodel. ICES geeft een gezamenlijk vangstadvies voor deze drie deelbestanden.
Het zuidelijke deelbestand verkeert in de slechtste toestand, met een populatieniveau onder het limietniveau dat de voortplanting bedreigd. Op basis van de MSY-benadering adviseert ICES een afname van 61 procent in de visserijdruk ten opzichte van 2024. Als voorzorgsmaatregel wordt dezelfde verlaging van de visserijdruk toegepast voor zowel het noordwestelijke als het Viking deelbestand in 2025, hoewel deze twee deelbestanden gezond zijn. Dit resulteert in een vangstadvies van 19.321 ton, wat 15 procent lager is dan het gecombineerde advies van 2023 en 38 procent lager dan het vastgestelde vangstquotum voor 2024.
Wijting
De afgelopen vijfjaar groeide het wijtingbestand in de Noordzee en het oostelijke deel van Het Kanaal. Voor 2025 adviseert ICES een totale vangst van 237.008 ton wijting.
Zeebaars
De zeebaars blijft boven het limietniveau, maar herstel is gestagneerd. ICES schat het bestand in de zuidelijke en centrale Noordzee, Ierse Zee, Het Kanaal, Bristol Kanaal en de Keltische Zee op 13.158 ton. Dit is boven het limietniveau, waarbij de voortplantingscapaciteit in gevaar is. Het bestand bevindt zich echter nog wel onder het voorzorgsniveau voor een gezond bestand. De visserijdruk nam sinds 2013 aanzienlijk af wat heeft bijgedragen aan de bestandsgroei. Maar de aanwas is sinds 2008 laag, wat waarschijnlijk heeft bijgedragen aan de trage groei. ICES adviseert daarom een totale vangst van 2.776 ton.
Bron: Wageningen University & Research