De prijsstijgingen van vis bereikten in februari hun hoogste punt. De prijzen stegen toen vergeleken met dezelfde periode een jaar eerder met maar liefst 22,0 procent. Met prijsstijgingen variërend van 18 tot 20 procent was de prijsontwikkeling ook in januari, maart, april en mei aan de zeer hoge kant. In de periode juni tot en met december vorig jaar gingen de prijsstijgingen langzaam wat omlaag. Dit resulteerde in een prijsstijging van “nog maar” 5,8 resp. 4,0 procent in november en december.
Gerookt, gedroogd en gezouten
Binnen het visassortiment gingen vorig jaar alle prijzen omhoog. Koploper was de groep ‘gerookte, gedroogde of gezouten vis’ waar de consumentenprijzen in deze periode gemiddeld met 15,9 procent omhoog gingen. Daarna volgden de groepen ‘verse of gekoelde vis’ (+13,9 procent), ‘bereidingen en conserven van vis’ (+12,7 procent) en ‘verse schaal- en schelpdieren’ (+9,3 procent).
Niet eens de grootste stijger
Consumenten moesten in 2023 vergeleken met 2022 gemiddeld 12,1 procent meer voor hun voeding betalen. Het meest steeg de prijs van brood en granen (+15,5 procent), suiker, zoetwaren en ijs (+14,2 procent) en melk, kaas en eieren (+13,6 procent). Vis kwam met een prijsstijging van 13,0 procent op plek vier van grootste stijgers. Relatief het minst kwamen vorig jaar de prijzen van fruit (+7,7 procent), vlees (+8,6 procent) en oliën en vetten (+9,7 procent) in beweging.
Alle voedingsmiddelen bij elkaar maakten in 2023 11, 1 procent van de totale consumptieve bestedingen uit. Met deze weging rekent het CBS de prijsbewegingen van de voedingsmiddelen door in het totale inflatiecijfer. De bijdrage van voedingsmiddelen aan de totale inflatie was op basis van deze weging in 2023 1,4 procentpunt: van de totale inflatie van 3,8 procentpunt in 2023 kwam 1,4 procentpunt voor rekening van het totale pakket aan voedingsmiddelen.
Het aandeel van de ontwikkeling van de visprijzen in de totaal 1,4 procentpunt van voedingsmiddelen was met 0,06 procentpunt heel klein. Brood en granen hadden vorig jaar het grootste aandeel: 0,36 procentpunt, gevolgd door vlees en de groep melk, kaas en eieren met elk een impact van 0,22 procent. Oliën en vetten hadden vorig jaar met 0,04 procentpunt het kleinste aandeel.