Nieuwbouwgolf in de kottervisserij

3 november 2020 Michel Verschoor
Artist impression van de Z-91 Franson die Damen Maaskant bouwt voor de Belgische rederij Long Ships uit Zeebrugge (foto: Damen Maaskant).

Het zijn onzekere tijden voor de kottervisserij. Vissers vrezen een no-deal Brexit en kampen met het pulsverbod, visserijvrije windmolenparken en natuurcompensatie in visserijvrije zeereservaten. Desondanks noteren Nederlandse scheepswerven de ene na de andere nieuwbouworder.

Urker Klaas van den Berg reageert nuchter op de vraag of de tumultueuze tijden in de visserij zijn nieuwbouwplannen in de weg hebben gezeten. “Rustig is het in mijn loopbaan als visser en kottereigenaar nooit geweest en ondernemen is nu eenmaal risico’s nemen. Onze huidige kotter moest met het oog op de toekomst vervangen worden. Dan kun je wel gaan afwachten tot de storm is overgewaaid, maar zonder vertrouwen vaart niemand wel. Twee jaar terug hebben we als maatschap alles op een rijtje gezet en de knoop doorgehakt.”

Begin oktober heeft de nieuwe twinrigger/flyshooter de eerste proefvaart gemaakt. Padmos in Stellendam verzorgt de nieuwbouw GY-127, van 25 meter. Deze vervangt de oude kotter van 40 meter. Het motorvermogen van 1.000 pk wordt ingeruild voor 600 pk. De nieuwe GY-17 is lichter want kleiner en zal daarmee 2.000 tot 3.000 liter minder gasolie verbruiken, wat op jaarbasis scheelt in de onkosten. “De winst zit hem vooral in de momenten dat we stomen, tijdens het vissen zal het verbruik waarschijnlijk gelijk zijn. De havengelden zijn lager bij een kleiner schip.”

Efficiënt vissen

GY-127

Schetsontwerp van de GY-127.

Energieverbruik is direct van invloed op de marges in de visserij. Door de coronacrisis zijn de olieprijzen relatief laag, maar als de economie weer aantrekt en de vraag naar gasolie stijgt, komt menig familiebedrijf bij matige vangsten al snel in de gevarenzone, zo bleek in het afgelopen decennium. Efficiënter vissen is gewenst; een tendens die terug te zien is in de kotterbouw. Net als oog voor detail. “In ons oude schip zat nogal wat loze ruimte. In de GY-127 is de ruimte optimaal benut. Aan het comfort van de vijf bemanningsleden is volop aandacht besteed. Er is niet bespaard op ruimte van de verblijven, die van alle gemakken zijn voorzien.”

De nieuwe GY-127 stoomt dit jaar eerst op richting het Engelse Kanaal. Van den Berg: “Daar vissen we bezuiden Engeland vooral op inktvis, een ongequoteerde soort, die we steeds noordelijker zien in de Zuidelijke Noordzee. Thuishavens zijn dan afwisselend het Franse Boulogne en het Belgische Oostende. In de zomer lost de Urker kotter de vis in Harlingen. Dan wordt gevist tussen de Nederlandse en de Noorse zone - de Midden-Noordzee - en zijn platvissoorten zoals schol, schar, tarbot en griet de belangrijkste doelsoorten.”

Over de wintervisserij onder Engeland heerst onzekerheid: een no-deal Brexit kan een streep kan zetten door huidige afspraken over visserij in Britse wateren.” Brexit biedt veel Nederlandse vissers in Britse wateren onzekerheid. Ook voor ons die onder Britse vlag varen. Een no-deal Brexit kent straks alleen verliezers. Datzelfde geldt bij windparken op zee”, zegt Van den Berg. “Windparken nemen niet alleen goede visgronden in beslag; ze zorgen er ook voor dat de visserijdruk in de gebieden die overblijven zal toenemen.”

Visprijzen stabiel

UK 135_foto Padmos

De UK-35 in het dok van scheepsbouwer Padmos in Stellendam (foto: Padmos).

Cees Pasterkamp, walschipper van de nieuwe UK-135, houdt er niet van te lang stil te staan bij alle moderne plagen die de visserij bedreigen. Net als de GY-127 is de als optimale flyshooter gebouwde UK-135 slechts 25 meter lang, 8,5 breed, met beperkt motorvermogen en slechts zeven- tot achtduizend liter brandstofverbruik per visreis en hydraulisch voorzien van de modernste eisen. Pasterkamp: “Wij vissen van de Noorse zone, tot Land’s End op zo’n beetje alle denkbare soorten, maar als hoofdmoot platvis, inktvis en de laatste jaren veel mul, die we tegenwoordig het hele jaar rond als mooie bijvangst mogen noteren. Ondanks de economische crisis zijn de visprijzen redelijk stabiel gebleven, wat een meevaller is, zeker gezien de olieprijs.”

Op korte termijn is er geen wolkje aan de lucht. “Dat beeld kan natuurlijk veranderen, als de Britten hun poot stijf houden.” Pasterkamp begrijpt het Engelse sentiment rond Brexit niet en bekijkt het vol verwondering. Radicale elementen binnen de Britse visserijsector doen voorkomen alsof buitenlandse vissers hun visserij hebben overgenomen, schetst hij de situatie. “Maar vlagschepen, waaronder die met Nederlandse eigenaren, varen in Britse wateren omdat de Britten dat zelf hebben veroorzaakt. Voormalige eigenaren hebben destijds goed geld gevangen voor de verkoop van hun rechten.”

Lager brandstofgebruik

Bij onze zuiderburen kiezen ze eveneens voor Nederlandse scheepswerven. Na 19 jaar varen met de boomkorkotter Z-483 wilde familiebedrijfeigenaar Dany Vlietinck een nieuw schip. De opdracht ging naar Padmos. Om tot een bescheidener vermogen van acht tot zes cilindermotor te komen, is de boeg (romp) en de voortstuwing opnieuw berekend. Vlietinck wil een lager brandstofverbruik voor de nieuwe boomkor met sumwing want de Z-483 overbrugt grote afstanden per visreis.“Wij bevissen de Noordelijke Noordzee, maar ook de Keltische en Ierse zee en de Golf van Biskaije. Die rechten hebben Belgische vissers in de loop der tijd zo opgebouwd. We zijn relatief langer van huis en maken daarvoor meer onkosten. Die spreiding van visgebieden heeft voordelen, zo is er een grotere keuzevrijheid.”

Altijd op de hoogte blijven?