Energie besparen op koelinstallatie
Tijdens Slavakto 2022 gaf Frank Ulrich een workshop over energiebesparing. Hij presenteerde daar een handzaam overzicht van koelinstallaties.
Er is bijna geen visspecialist die geen last ondervindt van de stijgende energieprijzen. Frank Ulrich, directeur koeltechniek van Emondt KMI, vertelt over de mogelijkheden om energie te besparen met een duurzame koelinstallatie.
Welk effect hebben de stijgende energieprijzen op jullie samenwerking met visspecialisten?
“In de meeste visspeciaalzaken bestaat de energierekening uit een mix van verbruik door koeltechnische installaties, verlichting en keukenapparatuur. Wij krijgen veel vragen over verduurzaming van de koeltechnische installaties, maar ook simpele trucs om het dagelijkse verbruik direct terug te dringen. Nederland is vooruitstrevend als het gaat om verswinkels. Dit dwingt ons voorop te lopen. Daarom zijn wij als bedrijf constant op zoek naar innovaties, die we graag bij de visspecialist naar binnen brengen.”
Wat voor innovaties hebben jullie dan te bieden aan visspeciaalzaken?
“Om energiezuiniger en intensiever te koelen, hebben wij de Glycol toonbank geïntroduceerd. Deze manier van koelen hebben wij zelf ontwikkeld en bieden wij aan in onze toonbanken. Glycol is een voedselveilige koudedrager die koud kan worden gemaakt door ieder koudemiddel. Het Glycol laten wij tussen de dubbelwandige bodemplaat van de toonbank stromen in plaats van een synthetisch koudemiddel. Normaal gesproken wordt een vitrine gekoeld via een koudemiddel, dat door een raamwerk van koperen leidingen onder het presentatievlak in het koelmeubel loopt. Doordat deze koperen leidingen de kou moeten overdragen aan het presentatievlak en daarna de vis, kost dit relatief veel energie om de temperatuur constant te houden. Doordat wij met Glycol nu de gehele bodem koelen, is het verschil tussen de laagste en de hoogste temperatuur een stuk kleiner. Dat is gunstig voor het eindproduct: hoe vaker je een product moet terugkoelen, hoe meer het uitdroogt. Op dat gebied hebben we met Glycolkoeling dus veel winst behaald.”
Hoe bepalen jullie welke koelinstallatie het zuinigst is?
“We hebben alle koelinstallaties naast elkaar gezet. Van decentrale installaties, één koelmachine op één koelverbruiker en stekkerklare units, tot de duurzaamste koelinstallaties die op dit moment verkrijgbaar zijn. Om eerlijk te kunnen vergelijken is er gerekend met een gemiddelde installatie in een gemiddelde Nederlandse visspeciaalzaak, die minder dan 40 kW koelvermogen heeft.
“Allereerst bekijken we de decentrale installatie. Deze zetten we af tegen de alternatieven. Bij de traditionele decentrale koelinstallatie – dus met een synthetisch koudemiddel zoals bijvoorbeeld R449 en R452a – is aan elke toonbank of koelwerkbank een eigen koelmachine gekoppeld. Die staat (meestal) buiten opgesteld of is in stekkerklare uitvoering. Het zal geen verrassing zijn dat deze stekkerklare optie het minst energiezuinig is. Decentrale installaties zijn in aanschaf goedkoop, maar doordat ze relatief gezien veel energie nodig hebben om het gevraagde koelvermogen te leveren is het uiteindelijk een dure optie. Bijkomend nadeel van een stekkerklare decentrale installatie is dat deze zijn warmte veelal afgeeft in dezelfde ruimte als waar het koelmeubel staat. Dat is met name in de zomermaanden nadelig. Daar komt ook nog bij dat de compressor extra geluid veroorzaakt.
“Een centrale installatie die is aangesloten op een aantal koelmeubels en -cellen tegelijk, werkt energetisch efficiënter. Bovendien kan een centrale installatie erg geluidsarm worden uitgevoerd en geeft deze de opgenomen warmte af buiten de winkelruimte. Ook is een centrale installatie met warmteterugwinning uit te voeren, waarbij je de restwarmte kan gebruiken voor de verwarming van het pand of voor warm tapwater.”
CO2-installaties worden vaak gezien als de toekomst. Hoe kijken jullie daarnaar?
“In de toekomst worden CO2 en andere natuurlijke koudemiddelen zeker belangrijk, omdat de synthetische koudemiddelen worden uitgefaseerd op basis van Europese regelgeving. CO2 is een natuurlijk koudemiddel en in het geval van lekkage niet slecht voor het milieu. Synthetische koudemiddelen belasten het milieu zwaarder, met een hogere directe CO2-uitstoot bij lekkage.
“In de visbranche wordt voornamelijk gebruik gemaakt van koelinstallaties met een koelvermogen lager dan 40 kilowatt. Zoals het er nu uitziet is het tot 2030 nog toegestaan om dit soort installaties nieuw te bouwen met een synthetisch koudemiddel. Een CO2-koelinstallatie is in aanschaf al gauw tweemaal zo duur in vergelijking met een centrale koelinstallatie met een synthetisch koudemiddel. Ook het jaarlijks onderhoud is gemiddeld gezien duurder, omdat je naast de koelinstallatie ook een jaarlijkse kalibratie moet laten uitvoeren op het aanwezige CO2-detectiesysteem. Dit systeem is verplicht in ruimtes waar de concentratie CO2 te hoog kan worden als de installatie zou gaan lekken. CO2 werkt voor mensen verstikkend in een te hoge concentratie, dus een goed functionerend CO2-detectiesysteem is van groot belang. Over het algemeen is een CO2-installatie energiezuiniger dan een centrale installatie met een synthetisch koudemiddel. Maar er zijn ook zeer energiezuinige centrale koelinstallaties verkrijgbaar met een synthetisch koudemiddel, zoals een ZEAS-unit. Energietechnisch werkt de ZEAS-unit minstens net zo efficiënt als een CO2-installatie. Bij lage omgevingstemperaturen werkt de CO2-installatie iets efficiënter. Bij hogere omgevingstemperaturen is de ZEAS-unit efficiënter, waarbij het gemiddelde energieverbruik tussen beide typen nagenoeg gelijk ligt.”
Wat is voor de gemiddelde visspecialist de meest zuinige keuze?
“Op dit moment is een energiezuinige centrale koelinstallatie met een synthetisch koudemiddel met een laag GWP qua aanschafprijs de aantrekkelijkste keuze. Neem je als voorbeeld de ZEAS-unit, dan is ook het energieverbruik vergelijkbaar met een CO2-installatie, maar ligt het investeringsbedrag aanzienlijk lager. Hiermee kan je 25 tot 30 procent energie besparen als je het vergelijkt met de conventionele koelinstallaties met een synthetisch koudemiddel. Tot 2030 is het nog mogelijk om gebruik te maken van deze manier van energie besparen, voor een niet al te hoge investering.”
Is het mogelijk om energie te besparen zonder nieuwe apparatuur aan te schaffen?
“De mogelijke aanpassingen zijn uiteraard per installatie verschillend. Over het algemeen wordt de meeste energieverspilling bij een koelinstallatie veroorzaakt door het dagelijks gebruik (zie de energiebespaartips van Frank Ulrich in het kader hieronder, red.). Je zou het good housekeeping kunnen noemen.”
Energiebespaartips van Frank Ulrich
- Laat koel- en vriesceldeuren niet onnodig open staan.
- Verwerk producten buiten de koeling op een vlotte manier, zodat er nadien niet weer fors ingekoeld hoeft te worden (productkwaliteit holt dan ook achteruit).
- Zet een koeling niet onnodig laag in temperatuur.
- Zorg voor een goede nachtafdekking bij bijvoorbeeld toonbanken, of andere open koelingen.
- Dagafdekking met bijvoorbeeld glasschuif- of draaideuren besparen veel energie.
- Zorg voor een goed onderhouden koelinstallatie.